UPDATES

Blog – Wat betalen we dit jaar echt voor onze verwarmingsenergie?

Door Redactie - 27 mei 2019

Tags:

Met veel moeite en inspanning van talloze belanghebbenden is in 2018 een concept Klimaatakkoord tot stand gekomen. Nog voor het Planbureau voor de Leefomgeving de doorrekening van het conceptakkoord heeft afgerond, rommelde het in de eerste weken van 2019 al meteen tussen de verschillende politieke partijen. Zoals wel vaker gaat het er natuurlijk om waar de rekening van de operatie terecht gaat komen. Een ding is duidelijk. Iedereen die niets doet aan verduurzaming gaat het merken in zijn portemonnee. Nog voor het echte debat over het Klimaatakkoord gaat beginnen, heeft het kabinet al een eerste signaal afgegeven dat het ernst is.

Deze bijdrage van ing. Co Koning MRE, directeur beleid Vastgoed Belang, verscheen eerder op Vastgoed Belang.

Energiebelasting

De energiebelasting op gas is samen met de belasting Opslag Duurzame Energie (ODE) per 1 januari van dit jaar met maar liefst 20% verhoogd van €0,3491 naar €0,4181 per m³ aardgas. De voorgenomen forse verlaging van de belasting op elektriciteit blijft met een marginale verlaging van 0,3% van €0,1425 naar €0,1422 per kWh vooralsnog uit. Maar dat is niet het enige. Energieleveranciers en netbeheerders verhoogden in de schaduw van de belastingverhoging ook nog eens (soms fors) de bijdragen voor vastrecht, aansluit- en transportkosten, capaciteitstoeslag en meterhuur.

De regering wil gebouweigenaren met de verhoging van de belasting op aardgas stimuleren om de gebouwen beter te isoleren. Daarna kan dan de overstap gemaakt worden van aardgas naar andere, duurzamere bronnen om de gebouwen mee te verwarmen. Bijvoorbeeld aansluiting op een warmtenet of door de aanschaf van een warmtepomp (WP).

Het is niet altijd eenvoudig om de kosten van alternatieve verwarmingsbronnen zonder meer 1:1 met elkaar te vergelijken. Verschillende soorten geleverde energie worden gefactureerd op basis van verschillende eenheden (m³, kWh, GJ). Bovendien is het rendement van de gebruikte installaties behoorlijk van invloed op de uitkomst.

Energieleveranciers lijken soms te helpen met rekenvoorbeelden. Maar let op! In die voorbeelden worden soms niet alle uitgangspunten helder vermeld. Zo’n voorbeeld vond ik onlangs bij een van de grote energie leveranciers. Dat voorbeeld moet aantonen dat Stadsverwarming goedkoper (of tenminste net zo duur) is als verwarmen met een gasgestookte Cv-ketel. Wat rekenwerk maakt duidelijk dat in het voorbeeld gerekend is met een Cv-ketelrendement van minder dan 90%. Dat is het rendement van een oude VR ketel. Die worden allang niet meer verkocht!

Om die verschillende bronnen met elkaar te kunnen vergelijken moeten we eerst de verschillende meeteenheden met elkaar vergelijkbaar maken. Hierna zal ik dat doen op basis van kilowatturen (kWh) warmteopbrengst uit de drie meest genoemde energiebronnen: Gas, Elektriciteit en warmte uit warmtenetten.

Standaard Nederlands aardgas

Standaard Nederlands aardgas levert bij volledige verbranding van 1 m³ gas 35,17 Megajoule (MJ) warmte op. Bij deze waarde gaat het om de zogenaamde ‘Bovenwaarde’. Die warmte is niet volledig beschikbaar voor verwarming van het huis. Een deel van die energie gaat verloren door de warmte die nodig is voor het verdampen van water dat over blijft na de verbranding van het gas en met de warme rookgassen door het rookgaskanaal naar buiten verdwijnt. In beginsel blijft dan nog 31,65 MJ directe energie over voor verwarming van het huis. Dat noemt men de ‘Onderwaarde’. Maar dat is nog niet het hele verhaal. Een tweede factor die een belangrijke rol speelt bij het omzetten van beschikbare warmte naar nuttige warmte voor het opwarmen van het gebouw is het rendement van het verbrandingstoestel, de CV-ketel. Oude VR ketels halen een rendement tussen 83% en 90%, oudere types HR-ketels tussen 90% en 100% en moderne HR107- ketels tot 107%. Dat wil zeggen 1 m³ aardgas levert van de onderwaarde aan nuttige energie voor verwarmen:

Type ketel Maximaal rendement
VR 90% van 31,65 = 28,49MJ
HR 100% van 31,65 = 31,65 MJ
HR107 107% van 31,65 = 33,87 MJ

De laatste verdient enige uitleg. Hoe kan het rendement uitstijgen boven 100%? Dat zit zo. Moderne HR-ketels zijn instaat om een deel van de warmte uit de rookgassen te halen door de waterdamp die daar in zit te laten condenseren. Deze warmte wordt dan extra aan het water toegevoegd dat in het CV-circuit circuleert. Dat kan oplopen tot ca. 7% extra warmte. In de vergelijking zal ik uitgaan van zo’n moderne ketel dus met de maximale opbrengst van 33,87 MJ warmte uit 1 m³ gas. De omzetting naar kWh gaat alsvolgt:

1 Joule (J)= 1 watt per seconde.

1 uur (h)= 3600 seconden (s)

1 Kilowatt (k) = 1000 watt (W)

1 Megajoule (MJ) = 1000.000 Joule (J)

1 m³ aardgas (HR107) levert dus maximaal: vergelijking

Elektrisch verwarmen

Elektrisch verwarmen kan op veel manieren. Bij directe omzetting van vanuit het elektriciteitsnet naar warmte levert 1 kWh elektriciteit ook 1 kWh warmte op. Het kan echter ook anders. Met een warmtepomp wordt met behulp van elektrische energie warmte onttrokken aan buitenlucht of water. Dat laatste kan oppervlakte water zijn of in de bodem aanwezig water. Met 1 kWh elektriciteit kan tussen 4 en 6 kWh en soms nog meer kWh nuttige warmte worden geproduceerd. De verhouding tussen 1 kWh elektriciteit en 1 kWh warmte wordt uitgedrukt in Coefficient of Performance (COP). Een COP van 4 wil dus zeggen 4 kWh warmte uit 1 kWh elektriciteit. In de vergelijking van de verschillende bronnen ga ik hier uit van de laagste. 4 kWh warmte uit 1 kWh elektriciteit dus.

Warmtenetten

Voor de vergelijking met de kosten van warmte uit warmtenetten heb ik de tarieven genomen van een van de bekende energieleveranciers. Niet de duurste, niet de goedkoopste. Warmte uit warmtenetten wordt over het algemeen geregistreerd met speciale warmtemeters en of de factuur vermeld in Gigajoules (GJ) afgenomen warmte. De omrekening van GJ naar kWh gaat hetzelfde als bij gas, waarbij een GJ = 1000.000.000 J. Een nadeel van Stadswarmte is de monopolie positie van de leverancier. Weliswaar zijn leveranciers gebonden aan de maximum tarieven voorgeschreven in de Warmtewet, maar u kunt voor uw energie niet shoppen bij verschillende leveranciers. Dat is voor aardgas en elektriciteit wel mogelijk.

Vergelijking van drie bronnen

Wat kost nu een kWh warmte uit de verschillende bronnen?

Ik ga in de navolgende vergelijking uit van het totale bedrag dat u van de energieleverancier en netbeheerder op de factuur krijgt (prijspeil 1-1-2019). Dus inclusief vastrecht en netkosten. U zult zien dat de kosten per verbruikte kWh afhankelijk zijn van het totale verbruik. Ook de in rekening gebrachte prijs voor energie en vastrecht kunnen per leverancier fors verschillen. Bij de vergelijking ga ik uit van mijn huidige 1 jaar vaste prijs energiecontract. In de vergelijking is géén rekening gehouden met investeringen in installatiecomponenten zoals de CV-ketel, warmtepomp of eenmalige aansluitkosten op een warmtenet.

Soort warmte Factuur eenheid Vergelijkbaar met x m³ aardgas HR107: All-in prijs factuureenheid All-in prijs per kWh warmte (H)
Aardgas 500 € 1,1927 € 0,1269
Aardgas 2000 € 0,8510 € 0,0905
Elektra (WP) kWh (elektra) 500 € 0,1770 € 0,0443
Elektra (WP) kWh (elektra) 2000 € 0,1792 € 0,0448
Stadswarmte GJ 500 € 54,2593 € 0,1953
Stadswarmte GJ 2000 € 33,1773 € 0,1194

In de onderstaande grafiek kunt u de prijs per kWh warmte aflezen vergelijkbaar met aardgas verbruik tussen 500 en 2000 m³ van een HR107 Cv-ketel.

Conclusie:

Stadswarmte is bepaald niet goedkoper dan verwarmen op aardgas. Zelfs niet bij de huidige verhoogde prijzen. Verwarmen met een warmtepomp heeft de laagste verbruikskosten.

Bron: Vastgoed Belang