UPDATES

Column Joost Spithoven: ‘Op weg naar een groene, klimaatneutrale samenleving’

Door Redactie - 13 september 2017

Tags:

Gasvrij wonen en autorijden zonder benzine lijken misschien nog heel ver weg in ons dagelijks leven. Toch rukt de groene, klimaatneutrale samenleving sneller op dan de meesten tot voor kort dachten. Het is een goed moment om in deze column direct na de zomervakantie een paar van deze ontwikkelingen op een rijtje te zetten.

Eerst maar weer even de uitdagingen op het netvlies krijgen: Nederland heeft afgesproken in 2030 ten opzichte van 1990 qua volume 40% minder CO2 uit te stoten. Om een beeld te hebben van wat dit betekent: per inwoner een vermindering van 4.000 kilogram CO2 per jaar. Als we vervolgens in 2050 als land klimaatneutraal willen zijn, dan moeten we in zijn geheel van het aardgas af. Enerzijds blijken in de nieuwsgaring deze doelstellingen onder druk te staan, anderzijds zien we in de praktijk steeds vaker zaken opkomen die de slagingskansen gaan vergroten.

Als we naar het transport kijken, dan zien we dat de klimaatneutrale samenleving duidelijk in opkomst is. Bij de personenauto’s wordt de komende jaren een strijd gevoerd tussen elektrisch rijden op accu’s en gebruikmaken van waterstof op basis van een brandstofcel. De elektrische auto heeft een voorsprong, maar de brandstofcel lijkt minder te slijten dan een accu. En een nieuwe accu plaatsen is duurder en complexer.

Rond 2025 begint de waterstofauto commercieel aantrekkelijk te worden. Grote automerken geloven in de waterstofeconomie. De elektrische auto biedt echter ook kansen als opslagcapaciteit. Daar kom ik verderop in dit artikel nog op terug. Hoe dan ook: de meeste automerken houden rekening met het beëindigen van rijden op fossiele brandstof tussen 2025 en 2030. Dat is echt niet zover weg meer in de tijd!

Aardwarmte als alternatief

Bij het streven naar schone energie blijkt op best wel wat plekken aardwarmte een goed alternatief voor aardgas. De warmte van de aarde is (wel) eeuwig beschikbaar. Er liggen verschillende kleine warmwatervelden verspreid over Nederland. Zowel warm water tappen als douchen zijn mogelijk met aardwarmte. Simpel gezegd: via een lange buis wordt water met een temperatuur van ruim 70 graden naar boven gebracht. Na gebruik brengt een buis het water met een temperatuur van 20 graden weer terug naar meer dan twee kilometer diepte. Het verschil van 50 graden wordt geoogst via een warmtewisselaar, waarlangs de overdracht naar het warmtenet plaatsvindt. Doordat afgekoeld water weer teruggebracht wordt in de aardlaag, zijn geen grote verzakkingen aan de orde, zoals bij het aardgas.

Warmtenetten hebben de potentie om tussen de 30 en 50% van de 7,7 miljoen huishoudens van warmte te voorzien. Het warmtenet biedt vooral kansen in steden met hoogbouw. Overigens is wel het sommetje geld aanzienlijk als het gaat om in Nederland alle woningen van het aardgas af te halen: naar schatting 100 miljard.

Goedkopere zonnepanelen

Als het gaat om duurzame energie: in 2020 moet al 14 procent van de energie in Nederland duurzaam zijn. Windmolens en zonnepanelen spelen daar een steeds belangrijkere rol in. Zonnepanelen zijn en worden steeds goedkoper en zullen ze steeds meer energie gaan leveren. De salderingsregeling is veilig gesteld tot 2023, waardoor zonnepanelenbezitters geen energiebelasting hoeven af te dragen over hun opgewekte zonnestroom.

Ook grootschalige windparken op zee worden steeds goedkoper. Het is dan natuurlijk niet zo vreemd dat de opvatting groeiende is, dat vooral zonnepanelen en windmolens de energietransitie gaan beheersen. Er ligt inmiddels een Deltaplan Wind op Zee op tafel van de organisatie Natuur & Milieu, waarin wordt voorzien dat in 2035 – dus binnen de komende 20 jaar – via windmolens maar liefst 95 procent van Nederland van duurzame elektriciteit wordt voorzien. Nederland gaat daarmee binnen Europa de achterstand inlopen als het gaat om de productie van duurzame elektriciteit.

Energiebesparing in de gebouwde omgeving

Natuurlijk horen we vervolgens ook de blik te richten op het vastgoed. Met name dan met de focus op de bestaande woningvoorraad en kantoren. Woningen en kantoren verbruiken in Nederland 20% van de energie voor verwarming. Een berekening leert dat het isoleren van kantoren een mogelijke besparing van 1,7 miljoen ton CO2 kan opleveren, waar maatschappelijk op zijn beurt een investering van € 2.060 per ton tegenover staat. Bij de zonnepanelen ligt de besparing duidelijk hoger: 6,1 miljoen ton CO2, terwijl de maatschappelijke kosten veel lager zijn: € 270 per ton.

Als we spreken over woningen, dan vormt 60 procent van alle woningen koopwoningen. Steeds meer komt bij de (koop)woningen op dat de belangrijkste ingrepen zijn het installeren van zonnepanelen en warmtepompen. Maatregelen die (ook nog steeds) kunnen rekenen op subsidie! En waar hebben we het gemiddeld per woning over qua investering? Tussen de € 10.000 en € 15.000 wordt voor de warmtepomp en zonnepanelen gehanteerd, waarbij geldt dat de investering zich binnen 15 jaar terugverdient.

Accu-capaciteit

Wat wordt in de nabije toekomst nog interessant met betrekking tot auto’s en woningen? Het betreft de doorbraak die gemaakt kan worden met het opslaan van het surplus aan duurzame energie in elektrische auto’s. Accu’s van elektrische auto’s kunnen de duurzame energie van het eigen dak opslaan. Een volume van 1 miljoen elektrische auto’s met de huidige accucapaciteit hebben samen meer vermogen dan alle huidige elektriciteitscentrales in Nederland bij elkaar. Is dat geen extra prikkel om toch nog eens serieus na te denken over investeren in zonnepanelen, warmtepompen en elektrisch rijden?

Over de auteur

Joost Spithoven, innovatief verandermanager van complexe organisatie – en procesveranderingen en oprichter van netwerkorganisatie Alertief Management.

Bij het schrijven van dit artikel is als bron dankbaar gebruik gemaakt van de serie artikelen in de Volkskrant over de groene revolutie in Nederland.

Bron: Samen energie besparen